Tips om begrijpelijk te schrijven
Er bestaan hardnekkige misverstanden over eenvoudig schrijven. Bijvoorbeeld dat je intelligent zou zijn wanneer je lange zinnen met moeilijke woorden schrijft. Gesteld dat dat belangrijk zou zijn: als jouw superintelligente tekst vervolgens door de meeste mensen niet wordt begrepen, dan is dat toch niet zo héél slim…
Eenvoudig schrijven betekent dat je woorden gebruikt die de meeste mensen gebruiken. Ik had hier ook kunnen schrijven hoogfrequente woorden. Maar dat is vaktaal, ook wel jargon genoemd. Dat is taal die maar een klein groepje mensen meteen begrijpt.
Eenvoudige tekst: tijdwinst
Uit onderzoek van Jakob Nielsen blijkt dat eenvoudige tekst lezers tot ruim 60% leestijd bespaart. Oók hele slimme, hoogopgeleide lezers. Zij zijn óók nog eens tevredener over eenvoudige teksten. En – daar ging het je natuurlijk om: lezers doen 25% vaker wat je van ze vraagt. Je omzet met een kwart vergroten door eenvoudiger schrijven, wie wil dat nou niet?
B1-schrijven: begrijpelijk schrijven
Begrijpelijk schrijven wordt ook wel B1-schrijven genoemd. Het is een verwijzing naar het gemiddelde taalniveau van de meeste Nederlanders. Veel teksten zijn te moeilijk. Daardoor gaan er dingen mis, veroorzaak je ergernis en mis je klanten. Een voorbeeld van ’n zin die op een te moeilijke manier uitlegt wat taalniveau B1 inhoudt:
Moeilijk: Ik kan teksten begrijpen die hoofdzakelijk bestaan uit hoogfrequente, alledaagse of aan mijn werk gerelateerde taal.
Makkelijk: Ik begrijp teksten met woorden die veel voorkomen of vaktaal.
Schrijf verzorgde spreektaal
Met een paar snelle ingrepen kan ook jij je teksten korter en effectiever maken:
- Schrijf actief (geen lijdende vorm): vermijd woorden als ‘worden’ en ‘zullen’, die maken je zinnen stroperig en onnodig lang.
- Gebruik (verzorgde) spreektaal: je hoeft zeker geen straattaal te gebruiken, maar ga oubollige, plechtstatige of ambtelijke woorden uit de weg (zie ook onderstaande tabel).
- Lange zinnen zijn onzinnen: hou 15 woorden als maximale lengte aan. Gebruik je komma’s in een zin, probeer ‘m dan in tweeën te knippen. Zo bijvoorbeeld: Gebruik je komma’s in een zin? Probeer ‘m dan in tweeën te knippen. 🙂
- Zet je klant voorop: niet jij, maar de gebruiker van je tekst staat centraal.
Nog een voorbeeld hoe je een slechte zin omtovert in een veel beter zin:
- Mijn bedrijf zal vaste klanten korting geven: is vaag, lijdende vorm (‘zal’) maakt de zin lang en is niet klantgericht.
- Mijn bedrijf geeft vaste klanten korting: is een betere, want actieve zin zonder ‘zal’.
- Vaste klanten krijgen 10% korting: beste zin want actief, én de klant staat – letterlijk – voorop én is concreter doordat je nu weet hoeveel korting je krijgt.
Niet zo | Maar zo |
aan de hand van | met (75% korter, zonder figuurlijke taal) |
echter | maar (meer van deze tijd) |
cv | centrale verwarming (geen afko’s zonder 1e keer noemen wat je bedoelt; de afdeling ‘hr’ dacht dat het om een sollicitatie ging 🙂 ) |
te | in (als daarna een plaatsnaam volgt; ’te’ is ouderwets, wanneer ging je voor het laatst op stap ’te Amsterdam’?) |